Gezonde zwerfhonden
Vorig jaar leefde een hond zoals deze - laten we hem Tomas noemen - nog op straat in een klein dorpje in Noord-Spanje. Hij was volledig aan zijn lot overgelaten. Tot hij op een dag werd gevonden, tot op het bot vermagerd, door Marja. Zij was op doorreis terug naar huis, en kreeg het niet over haar hart om Tomas achter te laten. Hij mocht mee naar Nederland!
In het begin bleek Tomas helemaal gezond. Hij at goed, kwam aan, en was vol energie. Maar binnen een paar maanden werd Tomas geleidelijk aan zieker. Hij was moe en slom, en kreeg overal kale plekken.
De dierenarts kwam er uiteindelijk achter dat Tomas de ziekte van Leishmaniasis had. Gelukkig was hij er op tijd bij, en is Tomas inmiddels weer volledig hersteld. Onze hond Tomas heeft geluk gehad. Helaas is dat niet altijd het geval.
Jaarlijks worden er steeds meer zwerfhonden zoals Tomas (inmiddels meer dan 12.600 honden per jaar) ingevoerd in Nederland, vaak vanuit gebieden in Zuid-Europa. Deze zwerfhonden kunnen besmet zijn met chronisch slopende ziekten zoals Leishmaniasis, Ehrlichiosis en hartworm. De ziektes komen heel vaak voor in de landen van oorsprong, tot 40% van de honden zijn er mee besmet. Het gezondheidsrisico voor zowel geïmporteerde honden als voor Nederlandse honden en mensen wordt dus hoog ingeschat.
Het zijn uitheemse ziektes, die vaak voorkomen in Zuid-Europa en tot chronisch slopende gezondheidsproblemen kunnen leiden, tenzij op tijd behandeld.
Hier willen wij iets aan doen!
De onderzoekers van de faculteit Diergeneeskunde willen onderzoeken hoe vaak deze ziektes bij geïmporteerde zwerfhonden voorkomen, zodat zij betere richtlijnen en behandelmethodes kunnen ontwikkelen. Hiermee willen zij bijdragen aan een betere gezondheid en welzijn van honden zoals Tomas.
Bij Vrienden Diergeneeskunde willen we ze hierin helpen. Help jij mee? Hoeveel kan je doen in je eendje? Samen maken wij het verschil!
Waarom is dit project belangrijk?
Inmiddels worden er bijna 13.000 zwerfhonden per jaar ingevoerd in Nederland, vaak vanuit gebieden in Zuid-Europa. Hier zijn door vectoren (zoals teken en zandvliegen) overgedragen ziekten, zoals Leishmaniasis, Ehrlichiosis en hartworm, endemisch. Deze zwerfhonden kunnen besmet zijn met deze chronisch slopende ziekten. Informatie m.b.t. prevalentie van deze ziekten bij geïmporteerde honden ontbreekt.
De prevalentie in endemische gebieden loopt op tot 40%. Het gezondheidsrisico voor zowel geïmporteerde honden als voor inheemse honden en mensen wordt hoog ingeschat.
Een infectie met Leishmania of Ehrlichia is pas een aantal maanden na de besmette beet herkenbaar doordat de honden antilichamen ontwikkelen. In het geval van hartworm zijn eerst de hartwormlarfjes in het bloed te vinden, en pas na een maand of negen de antilichamen. Het gevolg hiervan is dat op het moment van import niet met zekerheid vastgesteld kan worden of de honden met Leishmania, Ehrlichia en/of hartworm besmet zijn.
De klinische verschijnselen ontstaan maanden nadat er antilichamen gevormd worden, soms zelfs pas jaren later. Aanvankelijk zijn de honden sloom en snel moe. In het geval van Leishmaniasis ontwikkelen ze karakteristieke huidveranderingen die bestaan uit kaalheid en korsten rond de ogen en aan de oorranden. De lymfeknopen worden groot, en het bloedonderzoek toont bloedarmoede en een toename in ontstekingseiwitten. Honden met Ehrlichiosis hebben geen huidafwijkingen maar vertonen in het bloedonderzoek soortgelijke veranderingen als bij Leishmaniasis. Bij zowel Leishmaniasis als Ehrlichiosis leidt verdere progressie van het ziektebeeld tot een verminderde nierfunctie en, mogelijk irreversibele, inactiviteit van het beenmerg. Hartworm infecties leiden tot een verminderd uithoudingsvermogen en hoesten. De belangrijkste complicatie hier is uitval van organen door verstopping van bloedvaten.
Echter, op dit moment is er geen informatie beschikbaar over de prevalentie van deze drie ziekten bij honden geïmporteerd naar Nederland vanuit endemische geografische regio's. Dit leidt vaak tot een vertraging in het stellen van de diagnose en daarmee adequate behandeling.
De behandeling van deze infecties is medicamenteus. In het geval van hartworm soms aangevuld met een chirurgische interventie om wormen te verwijderen. Een vroegtijdige diagnose nog voordat complicaties zijn opgetreden is essentieel voor een succesvolle behandeling.
Kwantitatieve informatie over de aanwezigheid van infecties met door vectoren overgedragen ziekten bij geïmporteerde zwerfhonden kan de nodige informatie opleveren voor het ontwikkelen van diagnostische richtlijnen voor dierenartsen die de dierenwelzijnsorganisaties ondersteunendie de verantwoordelijkheid voor deze honden op zich hebben genomen, en daarmee bijdragen aan een betere gezondheid en daarmee levenskwaliteit van de betrokken dieren.
Zinvolle informatie over de prevalentie van deze ziektes is, nu ook de import van honden uit Oost-Europa met volledig andere welzijnsproblematiek toeneemt, tevens belangrijk in de discussie omtrent de wenselijkheid van de import van juist deze zwerfhonden uit Zuid-Europa in Nederland.
Wat is het doel van dit project?
Het doel van het project is onderzoek naar de prevalentie van deze ziektes bij geïmporteerde zwerfhonden en het oprichten van een database met bloedmonsters voor toekomstig onderzoek naar (andere) infectieziekten bij zwerfhonden. In dit onderzoek wordt gekeken naar Leishmaniasis, Ehrlichiosis en hartworm.
Op basis van de resultaten willen wij diagnostische richtlijnen opstellen die helpen bij de behandelen van geïmporteerde zwerfhonden, eveneens bij de juiste processen omtrent het importeren van deze honden. Op deze manier willen wij nog meer geïmporteerde (zwerf)honden helpen tot een gezond en gelukkig leven hier in Nederland.